Alles wat je moet weten over het atletiekonderdeel tienkamp

Sporten en activiteiten

In deze beginnershandleiding lees je alles over de 10 onderdelen van de tienkampcompetitie.

Laatste update: 24 mei 2024
Leestijd: 8 min.
Alles wat je moet weten over het atletiekonderdeel tienkamp

Zoals de naam al aangeeft, bestaat de tienkamp uit tien atletiekonderdelen die samen twee dagen beslaan. Op de eerste dag strijden de atleten op de onderdelen 100 meter sprint, verspringen, kogelstoten, hoogspringen en 400 meter sprint. Op de tweede dag gaat het om 110 meter horden, discuswerpen, polsstokhoogspringen, speerwerpen en 1500 meter hardlopen.

Wil je meer weten over de tienkamp en de tien onderdelen ervan? Dit is alles wat je moet weten.

(Gerelateerd: Beginnershandleiding voor alle atletiekonderdelen)

Geschiedenis van de tienkamp

De tienkamp vindt zijn oorsprong in het oude Griekenland.

"De tienkamp is ontstaan uit de vijfkampwedstrijden die gehouden werden in de Olympische Spelen van het oude Griekenland", aldus Dan O'Brien, Olympisch kampioen tienkamp in 1996 en voormalig wereldrecordhouder. "In die tijd bestond de vijfkamp uit de onderdelen verspringen, discuswerpen, speerwerpen, sprint en worstelen. De vijfkamp werd voor het eerst gehouden in de Spelen van 708 voor Christus."

Sinds die tijd is er het een en ander veranderd. De moderne tienkamp is geïntroduceerd op de Olympische Spelen van Stockholm in 1912.

Volgens O'Brien is de tienkamp berucht om zijn complexe puntensystemen. Die regels zijn sinds 1912 zes keer veranderd. De laatste aanpassingen dateren uit 1984. Sindsdien is er niets meer gewijzigd.

De veranderingen uit 1984 dienden volgens World Athletics om de prestaties van atleten op de verschillende onderdelen te kunnen vergelijken. Bij elk onderdeel krijgt de atleet op basis van prestatie punten toegekend. Aan het einde van de tienkamp wint de atleet met de meeste punten in totaal.

Opmerking: de tienkamp is alleen voor mannen een atletiekonderdeel. Voor vrouwen is er de zevenkamp, met zeven onderdelen. Volgens World Athletics was de vijfkamp van de Olympische Spelen van 1964 in Tokio de eerste Olympische meerkamp voor vrouwen. Bij de Olympische Spelen van 1984 in Los Angeles is de vijfkamp vervangen door een zevenkamp.

(Gerelateerd: Wat is steeplechase? Alles wat je moet weten over dit atletiekonderdeel)

Dag 1

1. 100 meter sprint

Locatie: op de baan

Beschrijving: het eerste onderdeel van de tienkamp is sprinten.

De atleten gaan in de startblokken staan. Na het startschot volgt een sprint van 100 meter naar de finish, waarbij ieder in de eigen baan blijft.

O'Brien legt uit dat de 100 meter sprint uit drie fasen bestaat:

  • Wegsprinten uit de startblokken
  • Overgaan naar rechtop sprinten
  • Maximale snelheid bereiken en vasthouden tot de finish

2. Verspringen

Locatie: een aanloopbaan op het veld, en een zandbak waar de atleet in springt.

Beschrijving: bij dit onderdeel moet de atleet zo ver mogelijk horizontaal springen.

De atleet neemt een aanloop over een baan van 40 meter, zet af vanaf (of voor) de afzetbalk en springt zo ver mogelijk de zandbak in. O'Brien zegt dat atleten bij het verspringen vooral hun snelheid en timing goed moeten beheersen.

"Je moet goed kunnen sprinten voor een snelle aanloop, én je moet de sprong perfect kunnen timen", zegt O'Brian.

(Gerelateerd: Alles wat je moet weten over de hink-stap-sprong in atletiek)

3. Kogelstoten

Locatie: cirkelvormig platform

Beschrijving: dit is het eerste werponderdeel van de tienkamp. De atleet moet een ronde, metalen bal met één hand zo ver mogelijk stoten.

De kogel (metalen bal) weegt 7,26 kilo. Volgens World Athletics mag de atleet de kogel niet ónder de schouder houden en mag de kogel niet landen buiten een bepaald gebied (een afgebakende hoek van 35 graden). Vóór de worp houdt de atleet de kogel met één hand vlak bij de nek.

Bij het kogelstoten zijn er twee favoriete technieken: de aanglijtechniek en de draaitechniek. Bij de eerste techniek buigt de atleet voorover, met de kogel onder kin en sleutelbeen, en strekt zich dan met een glijdende pas naar een explosieve lancering. Deze techniek is lineair. De atleet draait geen rondjes. Dat gebeurt wel bij de draaitechniek. Hierbij draait de atleet anderhalf keer rond om de worp kracht mee te geven.

4. Hoogspringen

Alles wat je moet weten over het atletiekonderdeel tienkamp

Locatie: een speciale hoogspringplek op het veld, met een valkussen.

Beschrijving: bij het hoogspringen moet de atleet zo hoog mogelijk (verticaal) springen.

De atleet rent naar een horizontale balk die hoog boven een zacht valkussen hangt. De atleet zet af en springt over de balk, meestal met het hoofd vooruit, gezicht naar boven, en gekromde rug.

Als de balk (door aanraking) loskomt tijdens de sprong, dan is de sprong niet geldig.

5. 400 meter sprint

Locatie: op de baan

Beschrijving: bij de 400 meter sprint gaat het zowel om snelheid als uithoudingsvermogen.

Bij een sprintrace van 400 meter lopen de atleten zo snel mogelijk één ronde over de baan.

Voor het laatste onderdeel op de eerste tienkampdag, de 400 meter sprint, moeten de atleten al hun fysieke en mentale kracht aanspreken. De atleten staan opgesteld in getrapte posities, komen uit de startblokken en lopen zo snel mogelijk een hele ronde in hun eigen baan.

Dag 2

1. 110 meter horden

Locatie: op de baan

Beschrijving: de atleten lopen zo hard mogelijk 110 meter over de baan en springen daarbij over tien horden die 1,067 m hoog zijn.

Ook deze race begint in de startblokken. En tijdens de wedstrijd blijft elke atleet in de eigen baan. Volgens World Athletics is de afstand tot de eerste horde 13,72 meter, tussen twee opeenvolgende horden 9,14 meter, en tussen de laatste horde en de finish 14,02 meter.

"Het is voluit sprinten met obstakels waar je overheen moet", zegt O'Brien.

Het raken of omverlopen van een horde is geen reden voor diskwalificatie, maar leidt wel vaak tot vertraging bij de atleet. Als een atleet buiten de eigen baan komt, kan wel diskwalificatie volgen.

2. Discuswerpen

Locatie: cirkelvormig platform

Beschrijving: het tweede werponderdeel van de tienkamp is discuswerpen. Hierbij draait een atleet snel rond en werpt een metalen schijf vanuit de cirkel zo ver mogelijk weg.

De schijf (discus) weegt 2 kilo. Een discuswerper werpt minder gewicht dan een kogelstoter. Daarom is het hier belangrijk om de werptechniek te perfectioneren. Discuswerpers beginnen bij de achterkant van de werpcirkel en maken anderhalve draai voor ze de schijf loslaten.

De discus moet neerkomen in het zogenaamde landingsgebied. Dit kegelvormige gebied loopt vanuit de werpcirkel en heeft een hoek van 40 graden.

(Gerelateerd: Alles wat je moet weten over discuswerpen in atletiek)

3. Polsstokhoogspringen

Locatie: een speciale locatie op het veld, met een aanloopbaan en een valkussen waar de atleten op terechtkomen na de sprong over een hoge balk.

Beschrijving: bij polsstokhoogspringen wordt een lange, flexibele stok van glas- of koolstofvezel gebruikt. De atleet neemt een aanloop, zet het uiteinde van de stok in een houder op de grond en drukt zich via de stok omhoog tot over een lat die hoog in de lucht hangt.

De lengte van de stok varieert van 3 tot meer dan 5 meter, afhankelijk van de technische vaardigheden van de springer. Ook kan de stok verschillen in dikte, die wordt bepaald door het gewicht en de behendigheid van de atleet. De atleet neemt bij elke poging een snelle aanloop en gebruikt de stok om hoog in de lucht over een horizontale lat te springen, zonder de lat naar beneden te stoten, en daarna op het valkussen te landen.

4. Speerwerpen

Alles wat je moet weten over het atletiekonderdeel tienkamp

Locatie: speciale speerwerpzone met een aanloopbaan en een landingsgebied.

Beschrijving: dit is het derde werponderdeel van de tienkamp. De atleten werpen een speer met een metalen punt zo ver mogelijk weg. Ze houden de speer in één hand, met de pink naar de top van de speer gericht.

De werpers beginnen met een aanloop, doen dan een paar kruispassen (een soort 'pootje over'), plaatsen een voet stevig op de grond en werpen de speer zo ver mogelijk. Een worp is alleen geldig als de atleet de lijn aan het eind van de aanloopbaan niet heeft overschreden bij het werpen van de speer.

Volgens World Athletics mogen atleten tijdens de aanloop en worp nooit hun rug naar de landingssector draaien. Als dat toch gebeurt, is de worp ongeldig. Verder moet de speer over het bovenste deel van de werparm heen geworpen worden, en moet eerst de punt van de speer landen binnen de gemarkeerde sector.

5. 1500 meter hardlopen

Locatie: op de baan

Beschrijving: het laatste onderdeel wordt ook wel de 'metrische mijl' genoemd. Hierbij lopen atleten drie hele rondes en één driekwartronde over een 400-meterbaan.

De 1500 meter wordt beschouwd als een middellange afstand. Het is geen sprint, maar ook geen lange-afstandsrun. De atleten staan niet in startblokken, en hebben ook geen eigen baan, maar starten als groep.

Materialen voor de tienkamp

Atleten die de tien onderdelen van de tienkamp doen, hebben een aardige hoeveelheid materialen nodig.

"Schoenen, schoenen en nog eens schoenen", zegt O'Brien. "Voor elk onderdeel is er een speciale schoen."

Nike biedt schoenen die speciaal bedoeld zijn voor duurlopen, sprinten, werpen en springen. Ook zijn er atletiekschoenen voor meerdere onderdelen. De veelzijdige Nike Zoom Rival spikes hebben een hakstuk met demping en een licht, stevig bovenwerk dat heel geschikt is om mee te sprinten, hordelopen, springen en polsstokhoogspringen.

Volgens O'Brien hoeven beginners niet te beschikken over een eigen discus, kogel, speer of polsstok. Ervaren atleten bezitten dat materiaal meestal wel zelf.

Tekst: Emily Shiffer

Alles wat je moet weten over het atletiekonderdeel tienkamp

Beweeg dagelijks met Nike Training Club

Gratis begeleiding van trainers en experts om je lichaam en geest te versterken.

Voor het eerst gepubliceerd: 8 augustus 2023

Gerelateerde verhalen

Basisonderdelen van atletiek: leidraad voor beginners

Sporten en activiteiten

Beginnershandleiding voor alle atletiekonderdelen

Hardlopen vs. fietsen: welke work-out is beter voor mij?

Sporten & activiteiten

Hardlopen of fietsen: welke work-out past het beste bij mij?

Zeven oefeningen die je cardiovasculaire conditie kunnen verbeteren

Sporten en activiteiten

7 work-outs om je conditie te verbeteren

De geschiedenis van de VaporMax

Department of Nike Archives

De geschiedenis van de VaporMax

Lichtste hardloopschoenen van Nike

Koopwijzer

De beste lichte hardloopschoenen van Nike