Zo denk je als een hardloopcoach

Grote kans dat je ooit een coach hebt gehad. Misschien was je tien en was het je gymdocent die je voor de piepjestest voorbereidde. Of misschien speelde je schoolvoetbal of rende je met een hardloopgroepje. Wanneer of door wie je je ook liet trainen, we durven te wedden dat je coach vaak vragen stelde.

"Hoe gaat het?"

"Wat ging er goed?"

"Kun je een tandje bij zetten?"

Dit zijn de diepgaande vragen die je doen nadenken, zegt Chris Bennett, Nike Running Global Head Coach. Als je ze aan jezelf stelt, kun je een betere hardloper worden. "Je stelt die vragen omdat er antwoorden zijn. Je leert altijd iets over jezelf", zegt Bennett. "Stel je die vragen niet en ging je run slecht, dan weet je niet waarom — en ook niet hoe je het de volgende keer beter kunt doen."

Vraag jezelf na elke run: hoe ging dat?

In de eerste instantie wil je jezelf misschien afkraken. (Ik loop langzaam omdat ik geen goede hardloper ben.) Of misschien kijk je vooral naar wat beter had gekund. (Weer een makkelijk rondje van 8 kilometer, saai.)

Maar wat je beter kunt doen, is aardig, eerlijk en realistisch antwoorden, net als een goede coach zou doen. Denk vervolgens na over hoe je volgende run nog beter zou kunnen zijn — zelfs als deze run al top voelde.

Je moet je antwoord dus context geven, zegt Bennett. "Vraag daarom: Waarom ging het niet goed? Was er verder iets aan de hand? En ook als het fantastisch ging, vraag je jezelf af waarom dit zo was."

Daarna kun je net als een coach iets met die informatie doen. Als je je in de eerste paar kilometers wat stijf voelde, loop dan wat langer in (Bennett adviseert 5 tot 10 minuten 'supermakkelijk' hardlopen en daarna wat rekken en strekken). Ging het juist goed? Ga na wat daaraan kan hebben bijgedragen — zoals die ene cocktail niet nemen en goed slapen — en probeer dat erin te houden.

"Blijf je eigen coach en blijf open staan voor verbetering, dan word je uiteindelijk ook een betere coach", zegt Bennett. "En dat betekent dat je ook beter gaat hardlopen."

01. Zorg dat elke run een doel heeft.
Vraag je bij het strikken van je veters af wat je wilt bereiken met deze work-out. Bennett: "Het antwoord kan van alles zijn. Een bepaald tempo, je hoofd leegmaken, of een nieuwe buurt verkennen." Hij legt uit dat je er vervolgens op terug moet komen als je het tijdens je run even niet weet. (Moet ik versnellen? Zal ik nog een kilometer doen?) Vraag je dan af of het je doel dient.

02. Duik in de sport.
Volg andere hardlopers op social media, kijk hoe professionele hardlopers het doen en sluit je aan bij een hardloopcommunity (hé, daar hebben we een app voor). Net zoals een coach zich in een sport verdiept om goed te kunnen coachen, kun je jezelf inspireren en motiveren door naar het atletisch vermogen en de energie van andere hardlopers te kijken, aldus Bennett.

03. Kruip in je hoofd.
Stel je voor dat je een coach bent die vanaf de zijlijn een atleet aanmoedigt. Dat kun je ook voor jezelf doen als je het tijdens je run even moeilijk hebt, aldus viervoudig Olympisch atlete en clubcoach van de Bowerman Track Club Shalane Flanagan. Wat zij tegen haar hardlopers zegt: beheers je geest. "Dat zou ik tegen mezelf zeggen als ik het zwaar heb tijdens een work-out", aldus Flanagan. "Het dwingt je te letten op je passen en je ademhaling in plaats jezelf proberen te beschermen voor wat er allemaal nog komen gaat."

04. Jij kent jezelf het beste.
Een coach weet dat elke atleet sterke en zwakke punten heeft. Zorg ervoor dat jij deze punten van jezelf kent. "Het is makkelijk om jezelf te gaan vergelijken met anderen. Ren ik net zo snel als zij? Net zo vaak? En net zo goed?", vertelt Flanagan. "Maar het gaat er juist om dat je de vooruitgang bij jezelf voor ogen houdt. Door je constant te richten op hoe je nog beter kunt worden, word je vanzelf ook beter."